Bodemverontreiniging   |   Duurzaamheid

Er wordt zo weinig mogelijk over bericht, maar Ede zit nog met een erfenis van de ENKA-fabriek en dat diep in de grond. Van 1922 tot 2002 maakte de ENKA-fabriek kunstvezels. In het grondwater in Ede-Zuid zitten hoge concentraties sulfaat. Daarnaast zijn onder meer zware metalen (zink, nikkel) en pentachloorfenol aangetroffen.  Pentachloorfenol werd gebruikt als conserveringsmiddel, om te voorkomen dat sponzen zouden gaan schimmelen. De stof werd aangekocht en niet in pure vorm geleverd, maar met bijproducten als pcb’s (giftige chloorverbindingen) en dioxine erin verwerkt. Decennialang werd giftig afvalwater afgevoerd via de ENKA-sloot, die langs de spoorlijn liep, waar nu de Blokkenweg en de Frankeneng lopen. Uiteindelijk kwam dit water, ongezuiverd, in het IJsselmeer terecht. De sloot was bedoeld voor de afvoer van warm koelwater, maar er kamen ook veel giftige stoffen mee. Het gif zit al zo'n 25 meter diep in de grond en verplaatst zich met zo'n 40 meter per jaar in westelijke richting. Het is aangetroffen in grondwater en vijvers tot in de Rietkampen. Via [ deze kaart ] van de provincie Gelderland kun je zien waar in Ede bodemvervuiling is te vinden. Alle recente foto's: (c) Allard Bijlsma.


De ENKA-sloot

Hier loopt de ENKA-sloot, tussen de spoorlijn en de Blokkenweg. Foto is van rond 1926. Bron: Gemeentearchief Ede.

Exact op de plek van de ENKA-sloot, bevindt zich nu een volkstuincomplex.

Pas in 1973 werd bij de ENKA een zuiveringsinstallatie in gebruik genomen. Deze foto is in 1965 genomen langs de Frankeneng, ter hoogte van de Horsterweg, wat toen nog een zandweg was, met een fietspad erlangs. Bron: Gemeentearchief Ede.

De ENKA-sloot liep naar De Klomp en mondde daar uit in het Valleikanaal. Die kwam uiteindelijk in de rivier de Eem en zo kwam het water in het IJsselmeer. De rode pijlen geven de ondergrondse stroomrichting van het grondwater aan. Idee is het water op te vangen en dan naar de Rijn te voeren, maar dat lijkt een weinig wenselijke 'oplossing'.


Andere vervuilende bedrijven in Ede

Hieronder zo maar een selectie van potentiële bodemvervuilers. In Ede zijn ook tientallen benzinestations opgeheven, was er een verffabriek en waren er diverse, al dan niet illegale, stortplaatsen.

Aan de Kleefseweg stond tot 1973 een tin- en loodsmelterij. Mogelijk een bron van vervuiling. Bron: Gemeentearchief Ede.

In 1973 is de smelterij afgebroken. In deze buurt staan nu een basisschool en een appartementencomplex voor ouderen. Bron: Gemeentearchief Ede. bBron: Gemeentearchief Ede.

Het terrein van de voormalige gasfabriek behoorde tot de meest vervuilde stukken van Ede. Er is hier een bodemsanering uitgevoerd. Bron: Gemeentearchief Ede.

In 2021 meldt woningcorporatie Woonstede dat de bodem van de Kolkakkerbuurt wordt opgeschoond. In de bodem zitten asbest-, benzine- en olieresten en restanten van een oude stortplaats.

Het voormalige terrein van chemische wasserij Gelria is ook een gebied, dat bekend stond om de uitgebreide bodemvervuiling. Er is hier een bodemsanering uitgevoerd. Bron: Gemeentearchief Ede.

Op deze kaart van de provincie Gelderland, is heel nauwkeurig te zien welke delen van Ede nog steeds te maken hebben met bodemvervuiling, om welke mate het hier gaat en om wat voor soort vervuiling. [ klik hier voor de kaart ]

Stortplaats Ernst Casimirlaan

Tussen de Ernst Casimirlaan en de Prins Bernardlaan bevindt zich een oude stortplaats. Hier is ook afval van de ENKA-fabriek gedumpt. Op meerdere plekken in de gemeente Ede bevinden zich dergelijke oude stortplaatsen; soms in vroegere zandafgravingen. 

Stortplaats Kreelseweg

L. Koetsier is de eerste vuilnisophaler van Ede. Van 1934 tot 1960 haalde hij alle afval op bij wie een 'abonnement' daarop nam. In 1960 nam de gemeente zijn taak over. Hij kocht rond 1939 van de kerk een lap grond achteraan de Kreelseweg, naast de tuin van de villa “Ingenetta” (op plek van huidige Hotel Bosrand). Daar stortte hij, op eigen terrein dus, volle wagens met afval, maar bedekte het steeds met zwarte grond om de omwonenden geen overlast te bezorgen. Nu nog kan men daar, even voor het betreden van het Edese bos, een aantal kleine heuveltjes zien, die nu met gras en bramen zijn begroeid.